
Ondanks de extreem lage olieprijs rekent het gros van de luchtvaartmaatschappijen brandstoftoeslagen nog altijd door aan de (zaken)reiziger. Dit blijkt uit onderzoek van zakenreisorganisatie VCK Travel naar maatschappijen die vanuit Amsterdam vliegen op routes binnen en buiten Europa. Uit het onderzoek blijkt ook dat Emirates de hoogste toeslagen heeft, terwijl men verwacht dat de brandstof met name in het Midden-Oosten veel voordeliger zou zijn.
“De brandstoftoeslag is ethisch verwerpelijk,” zegt Ed Berrevoets, directeur van VCK Travel. “Toen tien jaar geleden de olieprijs zo hard steeg dat daar niet tegenop te hedgen viel, is de brandstoftoeslag in het leven geroepen. Deze brandstoftoeslag moest het vliegen in een tijd waar olieprijzen extreem hoog waren rendabel en betaalbaar houden. De luchtvaartmaatschappijen lijken bewust te negeren dat het toen ging om een tijdelijke toeslag. Brandstof is al berekend in de ticketprijs en nu betaalt de reiziger er extra voor. Als je met deze lage olieprijzen extra toeslagen nodig hebt om rendabel te kunnen vliegen, dan moet je kritischer kijken naar je eigen business model. Anders is de (zaken)reiziger de dupe.’

Uit het onderzoek van VCK Travel komt naar voren dat in veel gevallen is de term ‘brandstoftoeslag’ is vervangen door Carrier Imposed Surcharge voor het identieke bedrag. Dit geeft aan dat de brandstoftoeslag feitelijk niet is komen te vervallen. Onduidelijk is ook wat dit voor toeslag betreft en waarom de kosten niet gewoon in de ticketprijs zijn opgenomen. Dat zou voor de (zaken)reiziger minder verwarrend zijn, aldus VCK Travel.
KLM/AirFrance heeft in november 2015 de Carrier Imposed Surcharge voor de vluchten binnen Europa volledig geïntegreerd in de tarieven. British Airways en Iberia hebben dit beleid gevolgd (vanaf Amsterdam).
