
Op 20 januari 2021 treedt Joe Biden aan als de nieuwe president van de Verenigde Staten. Wat houdt dit in voor de reiswereld? De hoofdpunten zijn: een ‘groene’ agenda voor de toekomst en mogelijk op korte termijn extra noodsteun voor werknemers van airlines, hotels en aanverwante bedrijven.
Biden wil na zijn aantreden weer snel aansluiten bij het Akkoord van Parijs. De Democratische president elect heeft in zijn verkiezingscampagne steeds gehamerd op het belang van de internationale milieu-overeenkomst uit 2015, waar Amerika zich als enige land uit terug heeft getrokken, in 2020. De VS bleven wel lid van het overkoepelende United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC), dat stamt uit 1992 en daarom is de deur naar ‘Parijs’ wijd open blijven staan.
Groen vervoer
Voor de reiswereld betekent de Amerikaanse herbevestiging van het milieu-akkoord dat de nadruk komt te liggen op ‘groen vervoer.’ In eigen land wil de nieuwe president het railvervoer stimuleren, met de aanleg van nieuwe lijnen, elektrificatie van bestaande en investeringen in hogesnelheidslijnen. ‘De tweede grote revolutie op het spoor’ noemt Amtrak Joe dit – de bijnaam verwijst naar het spoorbedrijf Amtrak, waar Biden jarenlang abonnementshouder van was.
In de luchtvaart dringt Biden aan op de inzet van zuiniger vliegtuigen door de airlines en heeft hij beloofd op grote schaal te zullen investeren in luchthavens, die vrijwel allemaal in handen van de overheid zijn.
De VS zijn nu, zoals overal ter wereld, zwaar getroffen door corona. Het aantal passagiers op binnenlandse vluchten is sinds maart gedaald met tientallen procenten: de laatst gemeten maand, september, gaf een teruggang van 65 procent aan. Internationaal is de markt vrijwel helemaal weggevaagd: Amerikaanse carriers vervoerden in september cross border nog maar 10 procent van het aantal reizigers een jaar geleden.
De huidige regering in Washington is de reissector tegemoet gekomen met vele miljarden aan subsidie en andere steun. Voor de luchtvaart liep het laatste pakket af in oktober. Het is niet de president die in dit verband beslist over hulpverlening, dat zijn de Democraten en Republikeinen in het Congres en de twee partijen moeten het nog eens worden over vervolgmaatregelen. Joe Biden heeft aangegeven dat wat hem betreft er meer staatsgeld naar de reisbranche zal gaan.
Immigratiebeleid
Een punt waar president Biden straks wel beslissingsbevoegdheid heeft is het immigratiebeleid en dat wil hij aanpassen. ‘Immigratie’ is een term die niet alleen wordt gebruikt voor mensen die zich blijvend willen vestigen in de VS, maar ook voor reizigers die aankomen voor zakelijk of leisure bezoek en daarna weer weggaan.
Onder de outgoing administration kregen de burgers uit dertien landen een inreisverbod. Het gaat om de overwegend islamitische landen Iran, Libië, Somalië, Syrië, Jemen, Eritrea, Soedan, Tanzania en Kyrgyzstan. Ook inwoners van Nigeria, Myanmar, Venezuela en Noord-Korea mogen de VS momenteel niet in. Er zijn wel uitzonderingen, met name voor diplomaten die nog steeds een visum krijgen om naar de Verenigde Naties in New York te gaan.
Biden heeft gezegd dat hij de ban voor de meeste van deze landen wil opheffen. Wat daar in de praktijk van terecht komt is een kwestie van afwachten.