Directeur-generaal Tony Tyler van de International Air Transport Association (IATA) hekelt de houding van veel regeringen tegenover de luchtvaart. Volgens Tyler lijken zij niet te snappen hoeveel economische waarde airlines creëren gezien de overmatige belastingdruk voor de luchtvaart.
Tyler stelt dat de belastingen die worden geheven excessief zijn en soms zelfs in strijd met internationale verdragen. “In Afrika bijvoorbeeld zijn belastingen, toeslagen en gebrek aan transparantie de belangrijkste factoren die ervoor zorgen dat brandstof in Afrika 21 procent duurder is dan in de rest van de wereld,” zegt Tyler. “Mexico heeft een milieubelasting ingevoerd op brandstof die jaarlijks 37 miljoen dollar zal opbrengen. Beide voorbeelden zijn in tegenspraak met het verdrag van Chicago. In de VS wordt de security-toeslag verhoogd van 5 dollar per retour naar 11,20 dollar. Dit heeft niets te maken met de kosten van security. De verhoging komt gewoon terecht in de schatkist. Het is dus een belasting die de luchtvaart naar schatting 13 miljard dollar in tien jaar tijd zal kosten als het zoals gepland per 1 juli 2014 ingaat.”
Tyler noemt ook het importbeleid in Brazilië, dat er de oorzaak van is dat kerosine 17 procent duurder is dan gemiddeld. Verder is de Britse Air Passenger Duty, die in 2012/2013 2,8 miljard Britse pond heeft opgeleverd, hem een doorn in het oog. “Ik kan alle belastingen beschrijven waar we niet blij mee zijn, maar dan ben ik nog wel even bezig. Het punt dat ik wil maken, zijn de economische kosten van dergelijke taksen. Zij laten de vraag naar luchtvervoer verdampen. Dat is slecht voor de airlines, maar nog belangrijker, het is slecht voor de lokale economie.”

