Het nieuwe Transavia gaat zich uitsluitend richten op toeristen en mensen die vrienden of familie gaan bezoeken (VFR). De zakenreiziger is geen doelgroep meer van Transavia Nederland, Frankrijk en Europa.
Dit heeft de nieuwe topman van Transavia Europa, Bram Gräber vandaag gezegd bij de presentatie van de hervormingsplannen van de Air France-KLM Groep in Parijs.
“We moeten keuzes maken en Transavia helder positioneren op de verschillende markten waar we actief zijn,” aldus Gräber. “Air France en KLM zijn uitstekend toegerust om de zakelijke markt te bedienen. Bij Transavia vliegen we hooguit één keer per dag naar een bestemming. Bij Air France en KLM ligt de frequentie van Europese routes op drie keer per dag of hoger. Natuurlijk hebben we bij Transavia zakenreizigers aan boord, voor wie het vluchtschema toevallig goed uitkomt. Dat gaan we uiteraard niet ontmoedigen. Maar wij hebben een apart businessmodel en kostenstructuur vergeleken met de andere spelers in de groep en houden onze positionering daarom simpel.”
De nieuwe focus op leisure van Transavia is een ommezwaai. In juli van dit jaar liet Mattijs ten Brink, topman van Transavia Nederland nog in Zakenreis weten meer zakenreizigers aan boord te willen. Hij zei toen dat de huidige 10 procent zakenreizigers zou moeten worden verdubbeld. Ook overwoog Ten Brink een speciaal zakelijk tarief. Dat is nu dus van de baan. Wel zegt Gräber dat de ‘paid option’ extra flexibiliteit, die interessant is voor de zakenreiziger, blijft gehandhaafd.
Vloot verdubbelen
Gräber wordt de baas van Transavia Nederland, Frankrijk en Europa. De bedoeling is dat Transavia tot 2017 groeit van vijftig naar honderd toestellen, waarbij de vloot ongeveer gelijkelijk wordt verdeeld over de drie business units. Het is de grote vraag waar Transavia die vijftig vliegtuigen vandaan gaat halen, omdat de orderboeken van Airbus en Boeing vol zitten. Gräber zegt dat hier de komende weken en maanden meer duidelijkheid over zal worden gegeven. “Het wordt een slimme mix van eigen aankopen en lease-overeenkomsten.”
Transavia Europa gaat vijf tot tien bases buiten Nederland en Frankrijk openen de komende jaren. Volgend jaar begint de Europese expansie met drie bases. Waar die zich precies bevinden, wil Gräber nog niet zeggen vanuit concurrentieoverwegingen. In de wandelgangen worden Portugal, Duitsland, Spanje en België genoemd. “We hebben onze bases selectief gekozen. Het gaat om bestemmingen waar wij een top-3 positie kunnen veroveren. Er is op dat gebied nog genoeg marktpotentieel in Europa. Ja, we hebben te maken met formidabele concurrenten, maar de markt is nog altijd in beweging. De vraag naar low-cost vervoer stijgt, spelers verdwijnen of worden overgenomen. Wij willen daar slim gebruik van maken.”
De kostenstructuur van Transavia ligt nog boven directe concurrenten easyJet en Ryanair. Volgens Gräber zal hier verbetering in komen door de Europese expansie. “We hebben al goede mensen die bijvoorbeeld de website kunnen bouwen. Bij dezelfde overhead gaan we meer vliegen, dus de kosten zullen dalen.”

