De Tata Group heeft Air India gekocht voor een bedrag van omgerekend twee miljard euro. De zwaar verlieslijdende staatscarrier komt zo na 89 jaar weer in handen van de oorspronkelijke eigenaars.

De Indiase regering stelde sinds de eeuwwisseling pogingen in het werk van Air India af te komen. De carrier was een bodemloze put, waarin vanaf 2009 in totaal 12,7 miljard euro verdween. Van de gewenste privatisering kwam het steeds niet; de pandemie lijkt de verkoop in een stroomversnelling te hebben gebracht. De Indiase luchtvaart maakt zich – zoals airlines dit over de hele wereld doen – op voor herstel richting een normale dienstverlening, nu het ergste rond corona achter de rug is. Het verkrijgen van een sterk uitgangspunt is daarbij essentieel.

De Tata Group is een van de grootste industrieconglomeraten ter wereld met een marktkapitalisatie van rond de 200 miljard euro. Het concern is gevestigd in 100 landen – in Nederland bekend van Tata Steel – en heeft 800.000 werknemers. De geschiedenis van Tata in de luchtvaart gaat terug tot het begin. Grondlegger en naamgever J.R.D. Tata, was een piloot en zakenman die in 1932 Tata Airline oprichtte, na WO II omgedoopt tot Air India. In 1953 nationaliseerde de regering de luchtvaartmaatschappij.

Tata heeft nog twee andere luchtvaartmaatschappijen in bezit: AirAsia India, met een belang van 84 procent en Vistara, een joint venture (51 procent) met Singapore Airlines (49 procent). Tata troeft met het inlijven van Air India een andere kaper op de kust af: SpiceJet, een grote speler op de Indiase markt. Tata zal de komende tijd bekijken op welke wijze de drie airlines zullen opereren, naast elkaar of geïntegreerd.

Photo by Daniel Eledut on Unsplash