
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft dinsdag easyJet in het ongelijk gesteld in het aanvechten van de sinds 2019 geldende tarieven en voorwaarden voor airlines op Schiphol. De uitspraak is definitief.
De Britse prijsvechter had eerder bezwaar aangetekend in deze kwestie bij de Autoriteit Consument & Markt, maar de ACM verwierp dit, waarna easyJet bij het CBb in beroep ging. “Het CBb oordeelt net als ACM dat Schiphol de gebruikers voldoende heeft betrokken bij de vaststelling van de tarieven en voorwaarden. Ook heeft Schiphol de gebruikers voldoende betrokken bij de vaststelling van het investeringsprogramma,” schrijft het College.
“Het CBb is het ook eens met ACM dat niet kan worden vastgesteld dat de tarieven en voorwaarden voor het landen en starten met een vliegtuig en voor de afhandeling van de passagiers onredelijk en discriminatoir zijn.”
Het CBb zegt geen oordeel te willen vellen over de klacht van easyJet aangaande de capaciteit van de H/M-pier waar zij vooral gebruik van maakt, omdat de zaak ging om tarieven en voorwaarden ‘en niet op de door easyJet gewenste investeringen.’
Het College benadrukt dat zijn uitspraak ‘definitief’ is, omdat het CBb ‘eindrechter’ is in deze zaak.
Foto © easyJet

