
De failliete luchtvaartmaatschappij Alitalia moet alsnog 900 miljoen euro aan staatssteun terugbetalen. Dit heeft de Europese Commissie vrijdag bepaald. Waar dat geld vandaan moet komen, is de vraag.
De Eurocommissaris van Mededinging, Margrethe Vestager, liet vanaf 2018 onderzoek doen naar Alitalia en is nu tot de conclusie gekomen dat de steun uit 2017 onrechtmatig was. De 900 miljoen die het bedrijf toen kreeg, in twee termijnen, leidde volgens Vestager tot een oneerlijk marktvoordeel. Vanaf het begin was duidelijk dat het weggegooid geld was, aldus de Eurocommissaris, omdat Alitalia nooit winst zou kunnen maken. Concurrent Ryanair heeft dit ook herhaaldelijk betoogd en nu gelijk gekregen.
Altalia, dat decennialang in financiële problemen was en enkele malen failliet ging, ontving in 2017 voor de laatste keer geld van de regering, toen in de vorm van ‘overbruggingsleningen.’ Alitalia kwam onder curatele en het plan was nieuwe aandeelhouders te vinden die alle schulden en leningen zouden overnemen. Daar kwam niets van terecht.
Alitalia verdwijnt nu definitief en wordt volgende maand vervangen door ITA, Italia Trasporto Aereo (ITA). Het nieuwe bedrijf kan wat de Europese Commissie betreft met een schone lei beginnen en hoeft geen schulden over te nemen. Maar het oude Alitalia zal alsnog de 900 miljoen euro moeten ophoesten, vindt Brussel, omdat de regels voor staatssteun zijn overtreden.
Hoe dit in de praktijk in zijn werk moet gaan is onduidelijk. Een failliet bedrijf kan per definitie niet terugbetalen. De uitspraak van de Europese Commissie lijkt daarom meer pro forma. ITA mag intussen van Brussel beginnen met een subsidie van 1,35 miljard euro. Vestager redeneert dat ITA naar verwachting wel winst kan maken en daarom is de startsubsidie gerechtvaardigd, oordeelt zij.
Foto © Unsplash/ Miguel Ángel Sanz

